Kerstnacht van de ongelovige

Waarom ontwaak ik, alsof deze nacht
Niet eender is als alle andere nachten?
Wat vreemd verlangen hield in mij de wacht,
Terwijl ik meende, niets meer te verwachten?

Waar is de ster, die boven ’t wonder staat?
Waar zijn de stemmen van de englenreien?
Ik hoor wat mensen loopen in de straat,
Zwaar klinkt hun stap op de bevroren keien.

Zwaar klinkt hun stap, hun ingetogen zwijgen
Geeft aan dien gang een vastberadenheid.
Hoe konden zij zoo’n zekerheid verkrijgen?
Mijn God, ik zie de ster niet die hen leidt!

Zal ik dan altijd de Herodes blijven,
Die steeds de wijzen weer voorbij laat gaan,
Die leest en herleest, wat profeten schrijven
Van dezen nacht, maar kan het niet verstaan?

Maar kán het niet verstaan, en ’t wordt weer stil…
Wéér werd in mij het wonder niet geboren.
Ben ik dan niet een mensch van goeden wil,
Mijn God, waarom word ik niet uitverkoren?

De ‘wijzen’ zijn voorbij, benijd, veracht;
Op welk een dwaasheid heb ik liggen wachten?
Waarom ben ik ontwaakt in deze nacht,
Die eender is als alle andere nachten?

Frans Muller

Uit: God in gedichten; De mooiste religieuze poëzie van de twintigste eeuw uit de Lage Landen, Lannoo, 2007

Dit gedicht heet ‘Kerstnacht van de ongelovige’, maar hier is geen ongelovige aan het woord. De indringende vragen die in het gedicht worden gesteld, geven blijk van een diep verlangen om het wonder van de Goddelijke geboorte zelf deelachtig te worden.

De ik-figuur voelt ‘een vreemd verlangen’ dat hij niet begrijpt, dat hem wakker houdt, maar dat niet wordt vervuld: ‘Wéér werd in mij het wonder niet geboren.’ Hij verbaast zich over de ‘zekerheid’ die hij bij de kerkgangers van deze Kerstnacht meent te zien. Hij ziet geen ster, hoort geen engelengezang en weet niet waar hij eigenlijk op wacht.

‘Augustinus zegt: dezelfde geboorte gebeurt aldoor, maar als die niet in mij gebeurt, wat helpt me dat dan? Maar dat ze in mij gebeurt, daar hangt alles van af…’ (Meister Eckhart, preek 5)

Iets soortgelijks zegt Angelus Silesius, leerling van de christelijk-theosofische en rozenkruiserstraditie:

Wat baat het Gabriël, of gij Maria groet,
Indien gij niet aan mij dezelfde boodschap doet?

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.